Hij neemt wat hij wil, zonder wroeging of schuldgevoel. Ze stond daar in zijn club, als een schitterend, puur juweel. Onaangeroerd, onbezoedeld, nog onschuldig. Hij wenkte haar naar zijn privévertrekken, voelde haar spanning maar ook haar begeerte. Ze zou niet weggaan voordat hij haar bezat; ze zou zich aan hem onderwerpen.
Zij is er niet zeker van dat zij hem kan geven wat hij nodig heeft. Haar verstand zei haar weg te rennen, maar haar hart smeekte haar te blijven. Ze wist niet of ze zich ooit volledig kon onderwerpen, maar diep vanbinnen wist ze dat ze het wilde proberen. En ze wist dat als ze zich door deze man zou laten domineren, ze nooit meer terug zou kunnen…